vrijdag 28 april 2017

Ons verlangend openstellen

God kent Zijn schepping, Hij kent Zijn zonen en dochters. In Jeremia wordt geschreven: ‘Ik weet de gedachten, die Ik over u denk, spreekt de Heere, gedachten des vredes, en niet des kwaads, dat Ik u geef het einde en de verwachting’. Wij kunnen als resultaat van gebed verwachten dat Gods goedheid zegeviert over iedere suggestie van het kwaad. Niet omdat wij God hebben beïnvloed Zijn gedachten te veranderen, of omdat God eindelijk besloten heeft ons te hulp te komen, maar omdat alle onwetendheid en dwaling waaruit het kwaad is samengesteld, eenvoudigweg verdwijnen door ons ernstig gebed om te begrijpen wat God werkelijk is wat Hij voor ons doet. Ernstig gebed en niet keihard bidden brengt ons nader tot God en tot Zijn bewustzijn van ons en heel Zijn geestelijke schepping. Omdat God, het goddelijk Gemoed, ons geschapen heeft, bezitten wij het vermogen om Hem te begrijpen. Dus niet onze hersenen, maar de goddelijke intelligentie zelf maakt dat wij Hem en ons ware zelf kennen, omdat wij naar het beeld en de gelijkenis van het goddelijk Gemoed - die alle ware intelligentie is - geschapen zijn. Als ons hart zich verlangend open stelt en onze menselijke overwegingen tot zwijgen zijn gebracht, kunnen wij met zoveel overtuiging helder inzicht krijgen in wat God weet, dat niets onze overtuiging kan aantasten, zelfs geen angstaanjagende ziekteverschijnselen. Weten wat God weet vernietigt ziekte en maakt een einde aan alle lijden.

Geen opmerkingen: