zaterdag 30 april 2016

God is alwerkend

God is alwerkend. Dat wil zeggen dat hij alle daadwerkelijke actie voortbrengt, alle actie in stand houdt en alle actie beheerst. Hij is de grote IK BEN, de enige die handelend optreedt, die Zich voor altijd laat kennen als de actie van het geestelijk heelal en de geestelijke mens. Een oorzaak die een en al actie is, kan in haar gevolg niet minder actief zijn. Een alwerkende God kan niet anders dan aan Zichzelf uitdrukking geven als een actief mens en in uw ware geestelijke aard bent u deze mens, het dynamisch werkend en actieve gevolg van uw dynamische actieve oorzaak. En als God eeuwige actie is, dan moet het eeuwig uit Hem voortvloeiend gevolg, oftewel de mens, ook eeuwig actief blijven. Als wij Zijn stralende activiteit niet ten volle uitdragen, zien wij onszelf niet zoals God ons ziet. Hij ziet ons alleen als de tijdloze uitstraling van Zijn leeftijdloze Geest. Hij ziet ons alleen in termen van Zijn onvermoeibaar wezen. En dat betekent dat Hij ons niet als een sterveling kan zien, en zelfs niet als iemand die op weg is onsterfelijk te worden. Hij ziet ons alleen in termen van Zijn eigen onvermoeibare wezen. Hij ziet ons op het hoogtepunt van Zijn eigen volmaaktheid, actief binnen de structuur van Zijn eigen smetteloze onsterfelijkheid.

vrijdag 29 april 2016

Zoals God ons ziet en kent

Waar halen we de moed vandaan zonder te twijfelen met vertrouwen verder te gaan - vooral als we oog in oog komen te staan met vervolging, of met ziekte die maar niet geneest, of met enig ander soort bittere ervaring? Allereerst natuurlijk: geestelijke visie, d.w.z. een beeld van onszelf, niet zoals de wereld ons ziet en kent, maar zoals God ons ziet en kent. Wij zijn kinderen Gods, en als zodanig kent God ons als puur geestelijk en in Zijn liefde opgenomen, onder de hoede van Zijn oneindige goedheid. Met andere woorden, Hij kent Zijn eigen idee - of de werkelijkheid van ons wezen - als onveranderlijke perfectie, zelfs al is die perfectie, die goedheid, op zo’n moment volkomen onzichtbaar. De eerste stap is gezet naar het onwankelbaar geloof, de geestelijke visie die onszelf en anderen ziet zoals God ons ziet. We zijn klaar om genezen te worden. Mary Baker Eddy, de ontdekster en grondlegster van Christian Science vergelijkt deze onvermijdelijke mentale stap voorwaarts met de manier waarop een rups zich ontpopt tot een vlinder. Zij omschrijft vertrouwen als ‘een ontpoppingstoestand van de menselijke gedachte, waarin het bewijs van het geestelijke, dat het getuigenis van de stoffelijke zin weerlegt, zichtbaar begint te worden en Waarheid, die altijd tegenwoordig is, meer en meer wordt begrepen.” (W&G pag. 297)

donderdag 14 april 2016

De strijd is niet langer de onze

Hoe leggen we een gevoel van persoonlijke verantwoordelijkheid af dat soms zo zwaar weegt? In de eerste plaats moeten we beseffen dat de uitdaging niets anders is dan een gelegenheid voor geestelijke groei en dat wat ons hiervan weerhoudt angst is voor mislukking en de vrees anders te zijn. Toch kunnen wij genezen worden van de angst problemen op een geestelijke basis aan te pakken, door ons te wenden tot de goddelijke Liefde, die de angst vernietigt en door gebruik te maken van het geestelijk begrijpen, dat God voortdurend in ons ontvouwt.
Voor het menselijk gemoed is de uitdaging de strijd tussen het goede en wat dat gemoed definieert als kwaad. Geestelijk begrijpen erkent alleen Gods alheid en de volmaaktheid van Zijn schepping, die geestelijk is en de goddelijke goedheid tot uitdrukking brengt. Door van deze waarheid uit te gaan, voelen wij iets van Gods aanwezigheid als we problemen hebben aan te kijken. Deze goddelijke aanwezigheid is altijd bij ons, maar de vergeestelijking van ons denken stelt ons in staat die waar te nemen. Dan is de strijd niet langer de onze, alleen tegen een of andere duistere onheilspellende kracht, maar dan is het een goede gelegenheid om het bewijs te leveren van de almacht van de ene God. Wij bidden om getuige te zijn hoe duisternis of angst verdwijnt zodra het almachtige licht van Waarheid, God, onze gedachten vult.

woensdag 13 april 2016

Zijn we echt ooit alleen?

Zijn we echt ooit alleen? Nooit!  En dit wordt duidelijk als we zien dat God alomtegenwoordig is, waar wij ons ook bevinden, en dat Hij ons liefheeft, dat Hij ons meer liefheeft dan wij ons ooit kunnen voorstellen. Als je deze waarheden eenmaal tot je laat doordringen, kan niets je nog van het tegendeel overtuigen, dat we eenzaam zijn en in de steek gelaten. De suggestie dringt zich soms op dat we alleen zijn, maar vroeg of laat zullen we allemaal Gods Woord horen dat diep in ons hart spreekt, dat Hij hier en nu bij ons is. De profeet hoorde deze stem van God eeuwen en eeuwen geleden, die hem en de kinderen IsraĆ«ls verzekerde: “Ik, de Heere, uw God, grijp uw rechterhand aan, Die tot u zeg: Vrees niet, Ik help u.” (Jes. 41:13)
In die zin hebben we allemaal een vriend, onze hemelse Vader-Moeder-God. Die altijd bij ons is. Je kunt Hem beschouwen als je beste vriend, de enige vriend zonder wie je letterlijk niet leven kunt, omdat Hij je Leven is. Hij behoedt en beschermt je, draagt de uiterste zorg voor je en is een voortdurende bron van geluk. Hij is de vriend die je nooit alleen zal laten.

maandag 11 april 2016

Krachtig gebed

Gebed is  niet een verzoek om een godswonder. Het is een beroep doen op God als Beginsel, op de fundamentele wet van het universum, die altijd tot harmonie leidt, nooit tot het kwaad, onheil en verlies. De werking van dit Beginsel ontneemt het kwaad elke vorm van manifestatie. Erkenning van de alomtegenwoordigheid van dit Beginsel maakt ons bewust van het feit dat er voor het kwaad (of dat nu in de vorm van een brand of een overstroming is) geen plaats overblijft om zich te manifesteren, niet in ons leven en niet in Gods koninkrijk. De wet van dit Beginsel is absoluut en zijn werking vernietigt de zogenaamde krachten van het kwaad, als wij een beroep doen op dit Beginsel in gebed. Zulk gebed erkent de mens als een geestelijk idee van God, of Gemoed en accepteert Gods bestuur in ons persoonlijk leven. De goddelijke Liefde is nooit de bron van het kwaad. Begrijpen we dat eenmaal, dan is het bijna vanzelfsprekend dat er niet toch een wet is die ons dwingt het kwaad te aanvaarden of het rechtmatigheid te verlenen. In Gods plan bestaat geen kwaad. Als we op die grond het kwaad verwerpen, betekent dat een stukje geestelijke groei die met Jakobus zeggen kan dat een ‘krachtig gebed’ veel vermag. (Jak. 5:16)

zondag 10 april 2016

Zij zullen Mij allen kennen

“Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven, en Ik zal die in hun hart schrijven; en Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn … zij zullen Mij allen kennen, van hun kleinste af tot hun grootste toe, “ (Jer. 31:33, 34) is Gods universele belofte aan al Zijn kinderen. Met deze Bijbelaanhaling voel je de tederheid en macht van de liefelijke eenheid van God met Zijn idee, de mens. Deze eenheid is de basis van mijn bestaan en van dat van u en dat van ieder ander. Wanneer wij de genegenheid van Zijn Liefde en de krachtige werking van Zijn macht als vanzelfsprekend en immer nabij ervaren, dan beginnen wij God te begrijpen; en alles wat Zijn bestuur in ons leven ontkent of in twijfel trekt kan zich niet langer handhaven.

zaterdag 9 april 2016

Vader, wat wilt Gij dat ik doen zal?

Er is een vraag die wij allemaal vroeg of laat onder ogen moeten zien - de vraag hoe wij de geestelijke kwaliteit van ons leven moeten inschatten, en hoe wij die zien in relatie tot anderen. Op subtiele wijze en misschien door het wanbegrip en de tegenstand die zo vaak discussies over Christian Science hadden vergezeld, was ik er bijna van overtuigd geraakt, in tegenstelling tot wat Christian Science leert, dat bepaalde mensen dichter bij God staan dan anderen - althans in hun gevoeligheid voor Zijn geestelijke zorg. Ik had het er moeilijk mee.
Naarmate wij ons het feit eigen gaan maken dat de kracht van goedheid en gezondheid en wijsheid permanent deel uitmaakt van ons werkelijke zelf, gaan wij anders reageren op onze medemensen en iets meer zien van de oneindige mogelijkheden. Het leven heeft een geestelijke grondslag. Zelfs wanneer wij er een puinhoop van maken, komt de idee van de mens als de uitdrukking van God steeds weer naar voren. De overtuigingskracht van de goddelijke Waarheid en van de goddelijke Liefde spreekt tot iedere man en vrouw. Als dit eenmaal is begrepen, zullen zelfs onze eigen redeneringen en discussies over Christian Science en haar genezingen minder een zaak worden van het overtuigen van een ander en meer gaan lijken op Gods eigen zelfonthulling aan ieder van ons. Dan kunnen wij bidden: ”Vader, wat wilt Gij dat ik doen zal?”