maandag 26 juli 2010

Morgen


De neiging “bezorgd” te zijn “tegen den morgen” (Matth. 6:34) wekt de schijn, dat er een tijd zou kunnen komen, wanneer de mens niet samen met God zou bestaan, terwijl het een feit blijft, dat al wat wij nodig hebben, op ieder moment in onze ervaring kan worden aangetoond door het uitdrukken van de hoedanigheden en ideeën van God. Deze waarheid houdt geenszins een aanmoediging in om op zorgeloze wijze onze middelen te verkwisten en ook raadt het niet af om op verstandige wijze te sparen, maar zij leert ons dat wij ons heden niet iets moeten ontzeggen uit vrees voor de dag van morgen.

De eeuwigheid brengt zichzelf tot uitdrukking in het immertegenwoordige nu. Wat wij nu van Waarheid begrijpen, is onze voorziening voor heden. De erkenning dat voorziening synoniem is met geestelijk begrijpen, houdt de goddelijke verzekering in, dat wij het goede in steeds grotere mate zullen bezitten, want vooruitgang is de wet van God. De Christian Scientist die dag aan dag in toepassing brengt wat hij van God en de mens begrijpt, kan niet anders dan te allen tijde en op alle wijzen een steeds grotere mate van het goede ervaren.

Laten we de moed hebben overeenkomstig onze overtuiging te handelen. Dan zal ons geloof in God groeien tot vertrouwen, en ons vertrouwen tot begrijpen, totdat ons leven kan getuigen voor de waarheid van de verzekering door onze Meester gegeven, dat als wij eerst het koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid zoeken, alle goede dingen ons zullen toegeworpen worden.

Geen opmerkingen: